Dit is het verhaal van een patiënt die ik tijdens mijn eerste straatronde met Straatverplegers ontmoette.

Meneer L. leeft op straat. Hij mist een been. Het werd na een verkeerde medische behandeling in zijn land van oorsprong geamputeerd. Hij heeft een sterke, vriendelijke persoonlijkheid die door de mensen in zijn omgeving wordt geapprecieerd. Hij heeft geen papieren.

Als ik hem met een collega bezoek, tracteert hij ons altijd op een brede glimlach en vertelt ons vrijuit over alles wat hem dwars zit en ongelukkig maakt. Hij vertrouwt ons door en door.

Als ik vandaag iets over hem wil vertellen, is het omdat het verhaal van zijn leven op straat me zo sterk beroert. Waarom? Omdat hij zo hard zijn best doet om zich te verbeteren, van de drank af te komen en vooruit te gaan. Maar zodra we een bepaald punt hebben bereikt, stopt de vooruitgang en valt hij weer terug.

Het probleem zit hierin: hij heeft geen papieren. En dat blokkeert hem. Ik bewonder zijn moed als ik zie hoe hij, ondanks alle tegenslagen, toch steeds blijft proberen.

© P-Y Jortay

Enige tijd terug waren we aangenaam verrast toen het ons lukte een andere patiënt zonder papieren aan een woonst te helpen (al was het maar tijdelijk, voor drie jaar). De gelukkige was een dame. Net zoals hij had ze geen papieren, maar ze zit vol energie en heeft de vaste wil om vooruit te komen, een plaats in de samenleving te vinden, een kruidenierswinkeltje te openen, opleidingen te volgen, mensen te ontmoeten en te blijven leren. Vijf jaar lang hadden we haar op straat begeleid. Wat haar vooruitgang en persoonlijke projecten toen blokkeerde was, net als bij Meneer L., het gemis aan papieren. Want daardoor kreeg ze geen dak boven het hoofd.

In mijn dagelijkse werk kom ik vaak mensen zonder papieren tegen, de meesten afkomstig uit Oost-Europa. Meestal werken ze in het zwart in de bouw of als hulp in de huishouding. Allemaal mensen die gekomen zijn om deel te hebben aan onze samenleving. Mensen die, net als wij,  ervan droomden vooruit te gaan en in het leven te slagen.

© P-Y Jortay

Wat ze voor hun werk betaald krijgen, is belachelijk. Ze hebben nauwelijks rechten en worden uitgebuit. Zodra hun lichaam kapot gaat, worden ze voor de economie waardeloos, net zoals een machine. Men laat ze berooid vallen met als enig recht om bij de gezondheidsdiensten te mogen aankloppen - maar zelfs dat is gecompliceerd.

Wat men vergeet is dat we een dak boven ons hoofd nodig hebben om ons veilig te voelen, om voor een waardig bestaan en voor onze gezondheid te kunnen zorgen.

Als straatverpleegster zie ik elke dag hoe mensen worden gekortwiekt, hoe het systeem van onze samenleving hun vooruitgang blokkeert. Ik zie hoe drankmisbruik verergert om de dagelijkse strijd om op straat te overleven te kunnen volhouden. En ik moet toezien hoe hun gezondheid achteruit gaat. Maar bovenal zie ik hoe ze naar een stabiel en veilig leven snakken. En ik zie dat vonkje in hun ogen oplichten als het ons lukt ze weer overeind te helpen.

Als ik dat allemaal zie, zeg ik tegen mezelf: “Kom op ! Handen uit de mouwen! We moeten deze man helpen!” Maar tegelijkertijd loop ik weer tegen die muur aan. Met iemand zonder papieren zullen we zeker een aantal stappen vooruit kunnen zetten, althans tot aan een zeker punt.

Huisvesting binnen hun economische en administratieve mogelijkheden blijft evenwel totaal onbereikbaar. Vanwege die muur: het gebrek aan papieren. 

Maar dat is voor ons geen reden om Meneer L. en al die anderen op te geven. Wij houden vol - vanwege dat vonkje in hun ogen.

- Blanca, straatverpleegster.

Doe een gift !

(*) We stellen alles in het werk om de privacy van onze patiënten te beschermen en ons beroepsgeheim te respecteren. Toch willen we getuigen hoe onze patiënten moeten overleven en hoe we samen aan hun re-integratie werken. Daarom zijn namen van personen en plaatsen weggelaten of veranderd en reële situaties in een andere context geplaatst.